Leven op het autismespectrum

Alle blogs, Autismespectrum

Mijn identiteit als vrouw met autisme

Allemaal hebben we een identiteit en persoonlijkheid. De binnenkant die jou jou maakt. Hoe zit dat als je ook autistisch bent of autisme hebt? Valt je identiteit daarmee samen? In deze blog beschrijf ik hoe ik het ervaar en hoe deze zelfkennis me helpt in de praktijk.

Mijn rollen

Terug naar het begin, naar mijn kindertijd. Ik ben in Brabant geboren als meisje, dus was ik gelijk iets; een Nederlands meisje en dochter. Ik had al een broer en kreeg later nog een zusje, dus was ik al zusje en zus. Dit zijn feitelijke rollen, wie ik ben in relatie tot anderen. Ik was ook een kleindochter en nichtje. Later werd ik een basisschoolkind, een vwo-leerling en toen een psychologiestudent. Ik werd een volwassen vrouw (ik voel me ook vrouw).

Nu ben ik werknemer, blogger, een vriendin, een buurvrouw, single, vegan, trotste tante. Van mijn hondje Josje ben ik de … ja wat zullen we zeggen? ‘Mama’ past het beste denk ik. Dingen die ik doe, maken me ook tot iets. Zo ben ik soms oppas, een gevaccineerde, een lezer, theeleut. Dat hoort ook bij mijn identiteit. Het zegt allemaal in meer of mindere mate iets over mij.

identiteit

Problemen met ontwikkelen van identiteit

Los van die rollen in relatie tot anderen en wat ik allemaal doe, ben ik als individu ook iemand. Gewoon door te bestaan. Ik heb gedachten en gevoelens van binnen en ´ik´ ben zichtbaar in mijn uiterlijk en gedrag. Ik besta als autonoom persoon. Een lange tijd was die binnenkant voor mij één groot raadsel.

Dat niet-weten had te maken met een vertraagde identiteitsontwikkeling, wat je vaker ziet bij autisten. Natuurlijk heb ik altijd een karakter gehad, zoals verlegen, zorgzaam en gevoelig zijn als kind. Dat was echter niet heel bewust en zeker in mijn pubertijd heb ik veel leegte ervaren. Ik vond weinig herkenning in de mensen in mijn omgeving en zag vooral dingen die ik niet herkende.

Ik werd niet genoeg gespiegeld en kreeg geen woorden voor wat ik vanbinnen voelen. In onze wereld worden veel typische kenmerken van introversie en van autisme bijvoorbeeld niet echt getoond. Dan ga je als introverte autistische puber denken dat je de enige bent in jouw ‘soort’.

identiteit

Naar binnen keren

Ik onderdrukte mijn ‘ik’ en paste me aan in sociaal contact. Zoveel als mogelijk deed ik wat je hoorde te doen. In bepaalde mate is dat goed, om zo ervaringen op te doen. Maar ik ging over mijn grenzen en werd een kameleon. Ik had geen stabiel zelfbeeld of genoeg eigenwaarde om mezelf te kunnen zijn.

Ik ontwikkelde dwanghandelingen en – gedachten als coping mechanisme en raakte depressief. Er volgde therapie na therapie. Ik had zoveel problemen dat ik me daarmee ging identificeren. Ik was niet normaal en een psychiatrische patiënt. Tegelijkertijd werd ik lotgenoot en vond daarin een nieuwe rol als steun voor anderen.

Neurodivers mogen zijn

Met alle diagnoses en therapie van toen werd ik ook uit het normale leven gezogen. Ik was geen student meer bijvoorbeeld. Stapje voor stapje probeerde ik toch weer dingen te doen om te integreren in het normale leven. Daarin maakte ik pas grote sprongen na mijn autismeclassificatie. Daarmee kwam namelijk het besef dat ik diep van binnen anders was, niet neurotypisch. Ik was altijd al die autist, maar nu pas bewust.

Sinds mijn autismeclassificatie leef ik meer in overeenstemming met wie ik daadwerkelijk ben. Voorheen was ik meer afgestemd op de omgeving dan goed voor me was. Toen was mijn persoonlijkheidsontwikkeling verstoord. Nu beschermt mijn persoonlijkheid mijn autistische aard, zoals je als volwassene je innerlijk kind kan beschermen.

Zelfkennis geeft houvast waardoor ik betere keuzes maak

Autisme versus persoonlijkheid

Ik denk dat mijn identiteit bestaat uit autisme + mijn persoonlijkheid. Autisme is voor mij de kern, de aangeboren basis voor de werking van mijn brein en voor hoe mijn persoonlijkheid zich heeft ontwikkeld. Bij de persoonlijkheid zit veel aangeleerd gedrag (door opvoeding, boeken, vriendschappen, therapie e.d.).

  • Grofweg is de autist in mij rustig, introvert, hypergevoelig, gesloten, puur, bang, trouw, een denker, onzeker, kwetsbaar, oprecht en naïef.
  • Mijn persoonlijkheid is juist heel empathisch, sociaal, een pleaser, openhartig, perfectionistisch, altijd bezig, een doener, ambitieus, zelfbewust, assertief, progressief en leergierig.

Op sommige vlakken past mijn persoonlijkheid goed bij mijn autisme, maar op andere vlakken niet. Dan ben ik meer afgestemd op de buitenwereld dan op mijn daadwerkelijke ik. Als ik bijvoorbeeld te veel toegeef aan mijn aangeleerde sociale en perfectionistische persoonlijkheid, raakt mijn autistische ik oververmoeid en overprikkeld.

Dus wie ben ik?

Mijn kern is stabiel, maar mijn persoonlijkheid en leven zijn meer veranderlijk. Hoe mijn leven er in de toekomst uitziet is dus deels onzeker. Ik moet steeds zowel rekening houden met de omgeving, mijn persoonlijkheid en autisme. Mijn autisme moet bijvoorbeeld nog wel 100 keer nadenken of kinderen krijgen een haalbaar plan is. Ook op andere levensgebieden zoals werk is en blijft het extra zoeken als autist in een neurotypische wereld.

Aan de andere kant zie ik vandaag de dag de mooie eigenschappen van mezelf en geloof ik dat de wereld beter af is met verschillende mensen. Dan houden we elkaar scherp en in balans met onze eigenheid en eigenaardigheden. Het maakt het leven interessant.

Valt autisme voor jou samen met je identiteit of persoonlijkheid?

  1. John

    Heel mooi en heel herkenbaar 👍

  2. Steven

    Mijn psych zei dat identiteit de combinatie is van waarden, rollen en de wil om er iets van te maken.
    Ik heb vele rollen maar met mijn waarden vlot het moeilijk. De focus op overleven helpt om bepaalde valkuilen te vermijden, maar is niet altijd motiverend en sociaal. Misschien moet ik ook autisme als mijn kern nemen? Zou in ieder geval helpen om mislukkingen uit het verleden te kaderen. Ik ga het testen!

  3. Kim

    Zooo herkenbaar…!!
    Dank voor het verwoorden!

  4. Steven Marien

    Vanuit autisme functioneer ik sowieso afwijkend tegenover de neurotypische meerderheid. Men eigen persoonlijkheid maakt het nog complexer, in de eerste plaats wil ik eigenweis en onafhankelijk men eigen ding doen, hoewel dit door men beperkingen moeilijk/onmogelijk is. Waardoor ik een erg moeilijk gefrustreerd leven heb en vooruitgang niet kan. En voor iedereen die zo met me moet omgaan is het ook uitzichtloos. Maar onder al deze moeilijke persoonlijkheid van mij probeer ik er maar het beste van te maken.

  5. Vorige week tekende een hulpverlener een soortgelijk plaatje. Ik vind jouw uitleg heel mooi en duidelijk. Net als bij jou was de diagnose bij mij ook echt een hulpmiddel in de zoektocht naar mijn identiteit.

Geef een reactie