Soms zie ik Josje niet op één van haar vaste plekjes. En dan ga ik kijken waar ze is.
Soms ligt ze bij haar bakje. Dat kan zijn omdat het leeg is. Dus dan moet ik het vullen. Soms ligt ze op de deurmat of staat ze bij de deur. Dan wil ze in de tuin. Ik weet niet hoe lang ze dan al wacht op mij. Ze heeft geen enkel signaal in de vorm van geluid gegeven. Het scheelt denk ik dat ik zo goed op haar let, want ze weet dat ze nooit heel lang hoeft te wachten.
Ik denk terug aan de jonge versie van mezelf. Ik kon ook wachten zonder iets te zeggen. Introverte ik had veel geduld. Dan wilde ik bijvoorbeeld heel graag iets zeggen tegen mijn ouders en dan ging ik op bed zitten tot ze kwamen. Maar mijn ouders hadden geen enkel signaal gekregen dat ik iets wilde vertellen, dus ze kwamen natuurlijk niet.
Als volwassene blijft het voor mij een enorme opgave om aan te geven wat ik wil of nodig heb. Dat vind ik zo moeilijk! Maar meestal voelen anderen mij niet aan, dus dan moet ik toch echt zelf iets gaan zeggen. Ik ben geen hondje dat niet praten kan, maar een volwassen vrouw met een stem. Die stem moet ik soms even zoeken en dan opwarmen. Het is vaak nog even oefenen dus.
Het scheelt wel dat mijn stem alle ruimte krijgt als het om Josje gaat. Ik tetter de oren van haar koppie. Nu nog iets vaker praten VOOR mezelf. ‘Ik zou het fijn vinden als…’ ‘Het is voor mij belangrijk dat…’ ‘Ik heb … nodig, kun jij me daarbij helpen?’ Met andere woorden: mag ik even je aandacht ergens voor omdat ik het waard ben (ook al zegt mijn schuldgevoel van niet)?
Geef een reactie